Na een avondje uit rijd ik in het donker over de snelweg terug naar huis. Er zijn vrijwel geen lantaarnpalen en het regent. Het regent hard! Ik merk dat ik me flink moet inspannen om de markeringen op de weg te zien. Ook zie ik dat alle auto’s om mij heen flink vaart minderen en vaker (onverwachts) remmen.
Als ik eenmaal thuis ben besef ik me dat ik best moe ben geworden van deze rit. Ik wil daarom graag weten wat ik kan doen om me zekerder te voelen op de weg in een fikse regenbui.
Daarom loop ik even langs de werkplaats waar ik Jacco tegenkom.
“Rijden in de regen klinkt misschien een stuk minder spannend dan rijden in de sneeuw, maar het kan net zo gevaarlijk zijn. De wegen zijn glad en in een flinke regenbui is het zicht inderdaad een stuk minder.”
Ik vraag hem wat ik kan doen om toch zo veilig mogelijk thuis te komen. Dit is zijn antwoord:
- Zorg voor vertrek voor een schone voorruit, dan werken de ruitenwissers beter.
- Zet je airco aan, met de blaasrichting op de voorruit, zodat deze niet beslaat tijdens het rijden in de regen. Soms kan je achterruit ook beslaan. Zet dan de achterruitverwarming aan.
- Trek niet te hard op bij het wegrijden op een nat en glad wegdek. Dan kunnen je banden slippen. Trek juist heel geleidelijk op en schakel vlot door naar een hogere versnelling.
- Je krijgt meer grip als je langzamer rijdt. Verlaag dus je snelheid.
- Rijd niet op cruise control. Op de automatische piloot kan je reactiesnelheid een stuk minder zijn, terwijl het juist zo belangrijk is dat je snel kan ingrijpen als de auto voor je bijvoorbeeld plotseling remt of je eigen auto in een slip raakt.
Jeetje, in de slip raken. Dat klinkt best eng! “Dat hoeft het niet te zijn,” zegt Jacco. “Maar het is wel belangrijk dat je adequaat reageert. Ga niet meteen hard remmen, dan raak je namelijk helemaal alle grip kwijt. In plaats daarvan moet je sturen in de richting van de slip, tot je wielen weer grip krijgen op de weg. Stuur vervolgens weer naar de andere kant om de auto recht op de weg te krijgen. Rijd je in een schakelauto? Duw dan de koppeling in en laat het gas los”
Ik vind het nog steeds spannend klinken, maar Jacco verzekert mij dat hoewel een slip zelfs de meest ervaren en voorzichtige bestuurder kan overkomen, de kans klein is dat het daadwerkelijk gebeurt, mits ik goed blijf opletten.
“Natuurlijk is dit altijd belangrijk, maar wees in slechte weersomstandigheden zeker niet bezig met andere dingen dan autorijden. Ga ook niet eten, drinken of een ander liedje opzetten op de radio. Een snelle beweging zoals een ruk aan het stuur of hard remmen kan er op glad wegdek snel voor zorgen dat je in een slip raakt.”
Ik vertel Jacco dat het mij opvalt dat andere automobilisten minder hard gaan rijden (dat is dus goed) maar dat ze ook vaker remmen, waarop ik moeilijk kan anticiperen. “Ja dat klopt,” zegt hij. “Houd daarom extra afstand tot de andere weggebruikers in een hoosbui. Zo creëer je ruimte voor jezelf om te reageren op de automobilisten om je heen.”
Als laatste vraagt hij me hoe het staat met de bandenspanning en het profiel van mijn banden. Goede vraag, zeg ik. Ik heb geen idee. “Een goede bandenspanning zorgt ook voor goede grip op de weg. En als het profiel van je banden niet goed is, neemt de kans op aquaplaning rap toe. Als je vervolgens de macht over het stuur verliest, kan het erg gevaarlijk worden. Vermijd trouwens ook grote plassen water op de weg. En ontspan. Dan komt het allemaal wel goed.” Na alle tips van Jacco weet ik niet of ik autorijden in de regen nu minder spannend vind dan voorheen, maar ik weet nu wel wat ik moet doen als ik weer in een hoosbui terecht kom. En onderweg naar huis rijd ik eerst maar eventjes langs de pomp om mijn bandenspanning te controleren. Gelukkig schijnt nu de zon.